ADHD en ADD

Kinderen met ADHD of ADD vallen vaak op in de schoolklassen. Aangezien het aantal kinderen gediagnosticeerd met een van de twee gedragsstoornissen aanzienlijk is gestegen, is de kans groot dat docenten te maken krijgen met dit soort leerlingen. Hoe herkent men deze stoornissen en wat kunnen scholen en docenten doen om het schoolleven van de leerlingen zo goed mogelijk te laten verlopen?

Herkennen en omgaan met ADHD

Kinderen met ADHD vallen vaak op door hun onvermoeibare tank aan energie. Ze zijn vaak luidruchtig, kunnen niet stilzitten, zijn chaotisch en vergeetachtig, hebben vaak stemmingswisselingen en kunnen lang niet altijd hun aandacht bij de les houden. Dit is de schuld van de achterstand op het gebied van executieve functies, waaronder: werkgeheugen, tijdsmanagement, innerlijke motivatie, reactie op beloningen en het in bedwang houden van emoties. Deze functies lopen ongeveer 2 tot 5 jaar achter ten opzichte van andere leerlingen.

Aan de docent de taak om het beste uit deze gedragsstoornis te halen. Een lastige taak, want er wordt meer van hen gevraagd op zowel pedagogisch als didactisch gebied. ADHD is echter zeker niet alleen maar kommer en kwel; deze leerlingen zijn vaak erg creatief, spontaan, intuïtief, hebben vaak een goed gevoel voor humor én blijven (gelukkig) niet al te lang boos. Dankzij speciale leerkrachttrainingen en dergelijken wordt het beste uit zowel leraren als leerlingen gehaald.

Hoe zit het met ADD?

In tegenstelling tot ADHD, is ADD een gedragsstoornis die een stuk minder bekend is in de volksmond. Niet in de laatste plaats omdat de mensen met ADD zelf ook niet opvallen. Helaas zijn veel van de symptomen niet heel uniek: niet opletten tijdens de les, verdwalen in gedachten (of dagdromen), te laat komen, slordig zijn met spullen andere vergelijkbare en op het eerste oog onschuldige kwaaltjes. Bij ADD'ers is de mate en hevigheid van dit soort dingen echter een stuk heftiger.

Een meerderheid van de problemen ligt aan het niet goed functioneren van de executieve functies, net als bij kinderen met ADHD. Als docent is het verstandig om in gesprek te gaan met kinderen die ADD hebben. Hoewel deze leerlingen vaak goed de schooldag starten, vergt dit veel concentratie en is de energie een stuk sneller op bij deze leerlingen. Aan de docent is het de taak om hierop in te spelen en eventueel de lessen op aan te passen.

Net zoals bij ADHD'ers beschikken ADD'ers vaak over tal van positieve kenmerken. Hoewel ze vaak dagdromen, kunnen ze een bepaalde hyperfocus ontwikkelen voor onderwerpen die hen heel er interesseert. Ook zijn ze vaak creatief aangelegd, perfectionistisch en beschikken ze over veel doorzettingsvermogen. Er valt kortom meer dan genoeg plezier te beleven aan leerlingen met zowel ADHD als ADD!